Radiotherapie bij tumoren van de hersenen

Meer algemene informatie over behandelingen met radiotherapie vindt u bij Radiotherapie Veelgestelde vragen en bijwerkingen. Algemeen.


Bestralingstoestel

Voor de behandeling zijn onder andere de volgende voorbereidingen nodig om de bestraling zo goed mogelijk te laten verlopen.

Mouldroom
Om u nauwkeurig te kunnen bestralen, is een stabiele ligging belangrijk. Daarom maken we een bestralingsmasker. Dit gebeurt in de mouldroom waar we een kunststof plaat verwarmen in warm water. Hierdoor wordt het soepel en kan het over uw gezicht of hals gemodelleerd worden als een masker. U krijgt hiervoor een afspraak.


CT-scan
Na de mouldroom krijgt u een CT-scan waarbij u het masker op heeft. Als het nodig is dat u contrastmiddel krijgt, dan brengen wij een infuusnaaldje bij u in. Hierdoor loopt tijdens de scan het contrastmiddel.
De CT-scan is alleen bedoeld en noodzakelijk om een bestralingsplan op te kunnen maken. U ontvangt hierover dus geen uitslag.



MRI -Scan
Vaak maken we ook een (nieuwe) MRI. U ontvangt hiervoor een afspraak. Deze is bedoelt voor de planning van de bestraling. Van deze scan krijgt u in principe geen uitslag tenzij het behandelplan moet worden gewijzigd.

Vermoeidheid is een bijwerking die regelmatig voorkomt. We raden u aan om zolang dat mogelijk is uw normale dagritme aan te houden en uw conditie op peil te houden. Het ontstaan van andere bijwerkingen hangt af van de plaats van het bestralingsgebied. Bijwerkingen vinden meestal plaats op de plekken waar u wordt bestraald. Deze bijwerkingen ontstaan in de loop van de bestralingsperiode en verdwijnen meestal geleidelijk 2 tot 5 weken na de laatste bestraling. De radiotherapeut bespreekt met u hoe u het best kunt omgaan met de bijwerkingen en schrijft soms medicijnen voor om de klachten te verminderen.

Mogelijke bijwerkingen tijdens de bestralingsperiode

Deze bijwerkingen kunnen in de loop van de bestralingsperiode ontstaan. Enkele weken na de laatste bestraling verdwijnen deze bijwerkingen meestal geleidelijk.

Neurologische klachten, zoals

• Hoofdpijn.
• Misselijkheid en/of overgeven.
• Duizeligheid.

Huidreacties

• Haaruitval.
• Gevoelige hoofdhuid.
• Irritatie aan oor of oog.

Mogelijke bijwerkingen vanaf enkele maanden na de bestralingsperiode

Mogelijke bijwerkingen op langere termijn kunnen ontstaan en zijn afhankelijk van de locatie waar u bestraalt bent. De radiotherapeut bespreekt dit met u.
De radiotherapeut bespreekt met u hoe u het best kunt omgaan met de bijwerkingen en schrijft soms medicijnen voor om de klachten te verminderen.

Vallen mijn haren uit door de bestraling?
Ja, uw haar valt uit op de plekken waar we u bestralen. Meestal begint het haar uit te vallen vanaf 3 weken na de eerste bestraling. Het herstel van de haargroei kan tot een paar maanden duren. Afhankelijk van de stralingsdosis komt het haar in sommige gebieden niet meer terug of wordt het dunner dan voorheen.

Het is belangrijk in de bestralingsperiode uw hoofdhuid te bedekken met een hoed of pet als u buiten bent.

Mag ik autorijden?
Dit is afhankelijk van uw ziekte, uw conditie en uw concentratievermogen. Overleg altijd even met uw radiotherapeut of neuroloog.

Wat is het effect van de bestraling op mijn geheugen en persoonlijkheid?
Door de bestraling kan verlittekening van de hersenen optreden. Deze littekens kunnen klachten geven zoals achteruitgang van het concentratievermogen en van het kortetermijngeheugen. Intelligentie (dat wil zeggen het vermogen om problemen op te lossen) blijft meestal wel behouden.

Hoe verzorg ik mijn huid tijdens de bestralingsperiode?
Als de huid intact is, mag u het dun insmeren met een crème die u al gebruikt. Tenzij de radiotherapeut anders adviseert. Door de huid in te smeren kunt u een bestralingsreactie van de huid niet voorkomen, maar het kan wel prettig aanvoelen. Als de huid erg geïrriteerd is, of kapot gaat, schrijft de radiotherapeut een zalf voor. Let op: Smeer vanaf een uur voor de bestraling geen crème of zalf.

Moet ik stoppen met roken?
Roken kan de effectiviteit van de bestralingsbehandeling nadelig beïnvloeden en bovendien meer bijwerkingen veroorzaken. Stoppen met roken is dan ook een zeer dringend advies. Vraag uw huisarts om hulp en kijk op de websites SineFuma en op rokeninfo.nl van het Trimbos-instituut. Hier kunt ook een folder downloaden over stoppen met roken.

Mag ik alcohol drinken?
Als u niet meer dan 2 glazen alcohol per dag drinkt, zal dit het effect van de bestralingsbehandeling niet nadelig beïnvloeden. Omdat helemaal geen alcohol drinken beter is, adviseren wij u niet te drinken.

Moet ik nog ergens op letten?
Ja, als u na 1 of meerdere bestralingen klachten krijgt, zoals hevige hoofdpijn, misselijkheid of (toename van) kracht- en/of gevoelsverlies, neem dan direct contact op met uw behandelend radiotherapeut of laat de toestellaboranten dit doen. Het is namelijk mogelijk dat u (extra) medicijnen nodig heeft.

Bent u bij ons onder behandeling en heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen over bijwerkingen, over de bestralingsbehandeling of medische vragen? Neem dan contact op met het secretariaat van uw behandelende radiotherapeut.

Als patiënt kunt u ook bij een van onze voorlichters terecht voor een persoonlijk gesprek. Bij de receptie radiotherapie kunt u een afspraak maken die eventueel gecombineerd is met de bestralingsafspraak.

Patiëntinformatiecentrum Oncologie (PATIO)

Het patiëntinformatiecentrum is er voor iedereen die met kanker te maken krijgt, als patiënt of naaste. Het informatiecentrum bevindt zich aan de Zimmermanweg en is geopend van maandag t/m vrijdag van 8.00 - 16.30 uur. Telefoon: (010) 704 12 02. Mail: patio@erasmusmc.nl Voor alle mogelijkheden en activiteiten: www.erasmusmc.nl/kankerinstituut/patio. Kijkt u ook eens naar het ervaringsverhaal van Joris:

Radiotherapie tijdens kantooruren:
(010) 704 13 14 (algemeen secretariaat radiotherapie)

Met dringende vragen buiten kantoortijden neemt u contact op via het algemene telefoonnummer en vraagt u naar de dienstdoende radiotherapeut.
(010) 704 0 704