Naar topnavigatiemenu Naar hoofdnavigatiemenu Naar hoofdinhoud
Patiëntenfolder

TIPS-procedure

Transjugulaire Intrahepatische Portosystemische Shunt

TIPS staat voor: Transjugulaire Intrahepatische Portosystemische Shunt. Bij deze behandeling plaatsen we een kunstmatige verbinding tussen de grote aderen van de lever. Dit doen we door een bloedvat in uw hals aan te prikken. Als u een TIPS revisie krijgt, betekent dit dat u al een TIPS heeft, maar dat deze extra behandeld moet worden.

Download PDF

Voorbereiding

Nuchter zijn
Tijdens de TIPS-procedure bent u onder narcose. Dit betekent dat u tijdens de operatie in een diepe slaap zal worden gebracht.
Voor uw operatie moet u nuchter zijn. U mag dan niet eten, drinken of roken.
6 uur voordat u in het ziekenhuis moet zijn, mag u niet meer eten en roken. U mag dan nog wel heldere dranken drinken. Bijvoorbeeld water, thee en aanmaaklimonade. 2 uur voordat u in het ziekenhuis moet zijn, mag u ook niets meer drinken.

Ligt u de dag voor de operatie al in het ziekenhuis? Dan vertelt de verpleegkundige hoe laat u nuchter moet zijn.

Gebruikt u medicijnen? Bespreek dit altijd met uw arts. Sommige medicijnen mag u rond de operatie niet innemen. Moet u de medicijnen innemen? Dit mag altijd met een slokje water. Ook in de tijden dat u nuchter moet zijn.

Meer informatie over nuchter zijn bij een operatie leest u in de folder “Nuchter rondom een operatie

Voor vrouwen (zwangerschap en borstvoeding)
Röntgenonderzoek kan beter niet worden gedaan als (de kans bestaat dat) u zwanger bent. Bij twijfel moet het onderzoek binnen 10 dagen na de eerste dag van de menstruatie plaatsvinden. Verander zo nodig uw afspraak.

Tijdens de behandeling wordt (jodiumhoudend) contrastmiddel toegediend. Zeer kleine hoeveelheden kunnen in de moedermelk komen, maar deze kleine hoeveelheden worden niet opgenomen door het maagdarmkanaal van de baby. U kunt daarom borstvoeding blijven geven. Wilt u blootstelling helemaal voorkomen, stop dan na de toediening van het contrastmiddel 24 uur met het geven van borstvoeding.

Contrastvloeistof
In de contrastvloeistof zit jodium. Jodium kan een allergische reactie veroorzaken bij mensen die hiervoor overgevoelig zijn. Bent u overgevoelig voor jodium? Bespreek dit dan met uw behandelend specialist. De behandelend specialist zal u vertellen of voorbereiding met medicatie nodig zal zijn. Wilt u het ook voor het onderzoek zeggen tegen de laborant(e) of radioloog?

Bloedverdunners
Als u bloedverdunnende middelen gebruikt (bijvoorbeeld Marcoumar of Sintrom), kan het zijn dat u hiermee tijdelijk moet stoppen. Vertel het uw arts als u deze middelen gebruikt.

Kleding
Het onderzoek vindt plaats in een steriele omgeving. Daarom moet u in schone (gewassen) kleding naar de onderzoekskamer komen. Ook is het handig als de kleding comfortabel en niet te strak zit. Soms krijgt u op de afdeling een operatiehemd aan van de verpleegkundigen.

Opname
Uw behandelend arts heeft u verteld dat u voor deze behandeling wordt opgenomen. Meestal is dit voor een of twee dagen. Op de verpleegafdeling prikken we een infuus bij u. Ook nemen we bloed af om uw stollingswaarden en nierfunctie te bepalen en te controleren. Soms is het nodig om op de dag voor de ingreep wat buikvocht bij u af te nemen met een tijdelijke drain. Als dit moet gebeuren, zullen we u dit van te voren vertellen. Lees meer over een drain in 'drainage van abces of ascites'.

Toilet

Ga voor de behandeling nog even naar het toilet op de verpleegafdeling.

Over de behandeling

Wat we gaan doen

Bij een TIPS-procedure maken we een directe verbinding tussen het onderste en bovenste bloedvat in de lever.

Wat is het doel?

U krijgt een TIPS-procedure, omdat de druk in de bloedvaten van uw lever te hoog is. De directe verbinding tussen de bloedvaten kan de druk verlagen. Hierdoor hoeft het bloed niet meer allemaal door de lever te stromen, maar kan het makkelijker naar het hart stromen.

TIPS-procedure Erasmus MC

Verloop van de TIPS-procedure

Het Erasmus MC is een universitair medisch centrum, waarin personeel wordt opgeleid. Het kan daarom voorkomen dat het onderzoek of de behandeling uitgevoerd wordt door één van onze arts-assistenten, gesuperviseerd door een staf-arts. Ook kan het voorkomen dat de arts die het onderzoek of de behandeling van tevoren met u heeft doorgesproken niet degene is die het onderzoek of de behandeling uitvoert.

Als u op de röntgenkamer bent, brengt de anesthesioloog u eerst in slaap. Daarna maakt de laborant uw hals en rechter zij schoon met alcohol en dekt hij/zij u toe met steriele doeken. Dit is om een infectie te voorkomen.

Daarna prikken we het bloedvat in uw lever aan via uw rechter zij. Als dat gelukt is, prikken we ook de ader in uw hals aan. We schuiven een dun slangetje (katheter) in het bloedvat in uw hals. Met röntgendoorlichting schuiven we de katheter naar de juiste plek. Hierna spuiten we contrastvloeistof in en maken we foto's. We bekijken de foto's meteen op een monitor.

De radioloog bepaalt vervolgens een goede route om de shunt aan te leggen van het bovenste bloedvat naar het onderste bloedvat. Na het aanleggen van de shunt maken we nog een fotoserie ter controle. Als de behandeling klaar is, halen wij het slangetje uit uw bloedvat. Daarna drukken we het gaatje 10 tot 15 minuten dicht.

Duur van de behandeling

De behandeling duurt twee tot drie uur.

Verloop van een TIPS-revisie

Het Erasmus MC is een universitair medisch centrum, waarin personeel wordt opgeleid. Het kan daarom voorkomen dat het onderzoek of de behandeling uitgevoerd wordt door één van onze arts-assistenten, gesuperviseerd door een staf-arts. Ook kan het voorkomen dat de arts die het onderzoek of de behandeling van tevoren met u heeft doorgesproken niet degene is die het onderzoek of de behandeling uitvoert.

Als u op de röntgenkamer bent, brengt de anesthesioloog u eerst in slaap. Daarna maakt de laborant uw hals schoon met alcohol en dekt hij/zij u toe met steriele doeken. Dit is om een infectie te voorkomen.

Daarna prikken we het bloedvat in uw hals aan en plaatsen we een tijdelijk buisje. Door dit buisje schuiven we dunne slangetjes (katheter) in het bloedvat in uw hals. Met röntgendoorlichting schuiven we de katheter naar de TIPS. Hierna spuiten we contrastvloeistof in en maken we foto's. We bekijken de foto's meteen op een monitor. Met de foto's beslist de radioloog of er iets aan de TIPS gedaan moet worden. Soms moeten we een dotterbehandeling doen of moeten we een extra stent plaatsen.

Duur van de behandeling
De behandeling duurt ongeveer 1,5 uur.

Na de behandeling

Eten en drinken
U mag na het onderzoek, in overleg met uw afdelingsarts, weer gewoon eten en drinken. Het is belangrijk dat u 48 uur na de contrasttoediening veel drinkt, om de contrastvloeistof zo snel mogelijk uit te plassen.

Nazorg en controles bij een TIPS-procedure

Na de behandeling brengen wij u naar de uitslaapkamer, waar u nog ongeveer 3 uur bedrust moet houden om de kans op een nabloeding zo klein mogelijk te houden. Hier is steeds iemand aanwezig om te kijken of u iets nodig heeft en om te controleren of alles goed gaat.

Nazorg en controles bij een TIPS-revisie

Na het onderzoek gaat u terug naar de afdeling of naar de uitslaapkamer. Hier is steeds iemand aanwezig om te kijken of u iets nodig heeft en om te controleren of het goed met u gaat. U moet nog minimaal 1 uur bedrust houden om de kans op nabloedingen zo klein mogelijk te houden.

Bijwerkingen en complicaties

Onderzoeken waarbij we katheters in bloedvaten brengen, verlopen meestal zonder problemen. Een enkele keer treden er bijwerkingen op, zoals een infectie of bloeduitstorting op de plaats waar het tijdelijke buisje werd ingebracht.

Complicaties

Een onderzoek of behandeling brengt altijd risico's op complicaties met zich mee. Maar het team wat het onderzoek of de behandeling uitvoert is gespecialiseerd in het voorkomen van complicaties.

De volgende complicaties kunnen optreden:

  • Encephalopathie (aandoening van de hersenen door het plaatsen van een TIPS) 30%
  • Niet optimale plek van de stent 5%
  • Slechter werken van de lever, minder dan 5%
  • Decompensatio cordis (hartfalen), minder dan 5%
  • Infectie, minder dan 5%
  • Slechter werken van de nier 2%
  • Koorts 2%
  • Bloeduitstorting 2%
  • Leverbloeding 2%

De uitslag

De radioloog kan u de uitslag meestal niet gelijk geven. Later op de dag bestuderen we de foto’s en vergelijken we ze met eventuele vorige behandelingen. De radioloog maakt vervolgens een verslag voor uw behandelend arts. Hij of zij bespreekt de uitslag met u.

Wanneer contact opnemen?

Krijgt u thuis toch last van een complicatie of bijwerking? Belt u dan naar de polikliniek radiologie. Vraag dan vervolgens of u doorverbonden kunt worden met de physician assistent van de interventie radiologie. Bij spoed buiten kantooruren belt u naar het algemene nummer van het Erasmus MC. Vraag dan of u doorverbonden kunt worden met de dienstdoende assistent van de radiologie.

Contact

  • Polikliniek radiologie (van 08.00 - 16.30 uur): (010) 704 20 06.
  • Algemeen nummer Erasmus MC: (010) 704 0 704