Het referentie-interval voor alfa1-antitrypsine blijft hetzelfde. Het referentie-interval voor ceruloplasmine zal worden aangepast gezien met de nieuwe methode lage concentraties gemeten worden.
Het huidige referentie-interval voor ceruloplasmine zal aangepast worden van 0.24 – 0.62 g/L naar 0.15 – 0.30 g/L voor mannen en 0.16 – 0.45 g/L voor vrouwen.
Bij vragen kunt u contact opnemen met dr. Chris Ramakers van het laboratorium Klinische Chemie.