Naar topnavigatiemenu Naar hoofdnavigatiemenu Naar hoofdinhoud
Icoon van laboratoriumspecialisme Klinische Chemie

Nieuw bepalingsmethode en referentie-interval voor IgG subklassen bij laboratorium Klinische Chemie

27 mei 2021

Per 31 mei 2021 zullen we de pre-albumine, C1q, IgG/albumine index en IgG subklassen niet langer meten op de BN Prospec (firma Siemens), maar op de Optilite (firma The Binding Site).
De referentie-intervallen voor de pre-albumine, C1q en IgG/albumine index blijven hetzelfde. De referentie-intervallen voor de IgG subklassen worden aangepast omdat deze methode gestandaardiseerd is naar een andere kalibrator dan de oude methode.

De consequentie hiervan is dat de eerder gerapporteerde waarden niet vergelijkbaar zijn met de nieuwe methode. In de onderstaande tabel wordt weergegeven hoe de waarden verschillen op de Optilite ten opzichte van de BN Prospec. Het verschil wordt verklaard door betere specificiteit en minder kruisreactiviteit tussen IgG3 en IgG4 (J Clin Lab Anal. 2017;31:e22146).

 Grafiek optilite 

Tot 1 december 2021 (half jaar) zullen wij reeds bekende patiënten maximaal 2 keer meten op beide methode. Nieuwe patiënten worden direct bepaald met de nieuwe methode. Voor kinderen wordt gebruik gemaakt van de leeftijdsgebonden referentie-intervallen zoals die reeds zijn gepubliceerd door Grunewald et al (Clin Chem Lab Med 56: 1319-27; 2018).

Referentie-intervallen 

Bij vragen kunt u contact opnemen met Dr. Andrei Tintu van het laboratorium Klinische Chemie.