Naar topnavigatiemenu Naar hoofdnavigatiemenu Naar hoofdinhoud
Patiëntenfolder

Fysiotherapie na een okselkliertoilet

U heeft een operatie gehad waarbij klieren in de oksel zijn verwijderd. Ter preventie van lymfoedeem geven wij u informatie en oefeningen die u na de operatie kunt uitvoeren.

Download PDF

Lymfoedeem

U heeft een operatie ondergaan waarbij de klieren in uw oksel zijn verwijderd. Het is mogelijk dat uw arm na de operatie dik wordt.
Als de lymfeklieren zijn verwijderd, is de mogelijkheid van het lymfesysteem om lymfevocht af te voeren kleiner geworden. Onder normale omstandigheden is deze afvoer voldoende. Problemen ontstaan pas als de af te voeren hoeveelheid lymfevocht te groot wordt. De afvoer stagneert dan en het vocht hoopt zich op in de arm. We spreken dan van lymfoedeem.

Een strak gespannen/zwaar gevoel in de arm of hand en/of zwelling of tintelingen in de arm of hand kunnen de eerste tekenen zijn van overbelasting van het lymfesysteem. De zwelling is dan meestal nog niet echt zichtbaar. Herkent u deze punten en/of heeft u een lichte zwelling, geef uw arm dan rust en leg uw arm 's nachts op een kussen. Als de zwelling hierdoor niet afneemt, vraagt u dan uw arts of specialist. Is er geen sprake van een ontsteking of andere oorzaak voor deze zwelling, dan kan u verwezen worden naar een fysiotherapeut die gespecialiseerd is in het behandelen van lyfoedeem (zie onder Meer informatie).

Voorzorgsmaatregelen

U kunt zelf maatregelen nemen om het risico op lymfoedeem te verminderen. Omdat lymfoedeem na langere tijd nog kan ontstaan, blijven de onderstaande maatregelen altijd gelden. De lymfeafvoer van uw arm blijft namelijk altijd beperkt. Krijgt u ondanks de voorzorgsmaatregelen toch lymfoedeem, dan blijven deze maatregelen toch belangrijk. Een arm met lymfoedeem is meer vatbaar voor infecties en door de ontsteking krijgt de arm nog meer oedeem.

1.Probeer wondjes te voorkomen
Bij 20% van de patiënten wordt lymfoedeem veroorzaakt door een infectie als gevolg van een wondje. Ontsmet daarom wondjes goed met jodium (bij allergie kunt u ook gebruik maken van alcohol 70%). Ontstaat er toch een ontsteking, vraag dan advies aan uw huisarts.
U kunt wondjes voorkomen door:
  • handschoenen te dragen in het huishouden en in de tuin bij werkzaamheden waarbij u zich kunt verwonden.
  • extra behoedzaam te zijn met koken, bij gebruik van strijkijzer, oven, heet water en kaarsen, zodat u geen brandwondjes oploopt.
  • een vingerhoed te gebruiken bij het naaien.
  • geen gebruik van scheermesjes te maken bij het ontharen. Let u ook op irritatie van de huid bij gebruik van ontharingscrèmes.
  • geen puistjes of insectenbeten open te krabben.
  • uw huid en nagels goed te verzorgen.
  • op te letten bij injecties en infuusnaalden. Zorg dat u niet wordt geprikt aan de geopereerde zijde. Als bij u de okselklieren aan beide zijden zijn verwijderd, laat u dan bijvoorbeeld in de voet prikken. Geef dit aan bij degene die u prikt. Hij of zij weet misschien niet welke operatie u hebt ondergaan. Als in een bepaald geval toch aan de geopereerde kant moet worden geprikt, moet de huid niet alleen met alcohol maar ook met jodium worden gereinigd.
Wees alert op situaties die het risico van wondjes vergroten!

2.Voorkom overbelasting
Bij intensief gebruik van de spieren stroomt er veel bloed naar de spieren. Een gedeelte van dit bloed, de lymfe, moet worden afgevoerd via het lymfevaatstelsel. Zoals eerder vermeld, kan de capaciteit van dit stelsel te klein zijn, zodat het lymfevocht in de arm blijft zitten: er ontstaat lymfoedeem. Het is dus belangrijk om de spieren niet intensief te belasten. Wees voorzichtig met
  • plotseling intensief sport beoefenen
  • te veel (huishoudelijke) activiteiten in te korte tijd.
    We adviseren om uw activiteiten rustig op te bouwen en te beoordelen hoe uw arm hierop reageert. Het is van belang om de eerste zes weken rustig aan te doen. In deze periode vindt er namelijk nog een gedeeltelijk herstel plaats van de lymfevaten ter hoogte van het litteken. Na deze 6 weken kunt u wat belasting van de arm betreft uw activiteiten geleidelijk opvoeren. Daarbij blijft het belangrijk om een en dezelfde activiteit niet langdurig achter elkaar uit te voeren.
3.Wees voorzichtig met warmte
Als uw lichaam wordt blootgesteld aan veel warmte, zoals sauna, zonnebaden (ook de zonnebank) of een heet bad, stroomt er meer bloed, en hierdoor vocht naar de weefsels. Deze vochttoename kan zo groot zijn dat de capaciteit van de afvoer onvoldoende is. Veel warmte kan dus ook lymfoedeem tot gevolg hebben.Dat wil niet zeggen dat u bijvoorbeeld nooit meer in de zon mag zitten of in een heet bad mag. Ook hier geldt weer: beoordeel wat uw been kan hebben. Dit is per persoon verschillend.

4.Te zware borstprothese
Bij een te zware borstprothese kan het voorkomen dat het schouderbandje van uw beha de lymfevaten, gelegen boven het sleutelbeen, dichtdrukt. Als dat de enige werkende lymfevaten in dit gebied zijn kan lymfoedeem ontstaan. Vrouwen met een grote cupmaat kunnen beter een lichte prothese aanschaffen. Wij adviseren u een beha met bredere schouderbanden te dragen.

5.Overgewicht
Mensen met overgewicht hebben een grotere kans op het ontstaan van lymfoedeem. Eenmaal bestaand lymfoedeem kan door overgewicht verergeren.

Aanvullende informatie

Wondroos (Erysipelas)

Wondroos is een bacteriële infectie van de huid en het onderhuids bindweefsel. Het kan ontstaan doordat bepaalde bacteriën door de huid binnendringen. Dit kan op plaatsen van kleine, soms onopgemerkte wondjes zijn, maar ook bijvoorbeeld bij kloofjes of voetschimmel en schimmel(kalk)nagels. Als er een wondroosinfectie optreedt, wordt de huid plotseling rood, warm, gezwollen en pijnlijk. De patiënt voelt zich daarbij ziek en heeft soms hoge koorts en koude rillingen. Mocht u deze verschijnselen herkennen, dan adviseren wij u om direct contact op te nemen met uw huisarts of specialist.

Vochtophoping onder de arm

Enkele weken na de operatie kan er sprake zijn van enige vochtophoping onder de oksel aan de zijkant van de borstkas. Dit kan vervelend aanvoelen, alsof er een tennisbal onder de oksel zit. Is dit het geval meldt het dan aan uw behandelend arts of verpleegkundig consulent mammacare. Over het algemeen verdwijnt het vocht vanzelf in de loop van de weken/maanden.

Steunkous

Een steunkous kan verergering van lymfoedeem verminderen en kan aangemeten worden door een oedeemtherapeut als er sprake is van lymfoedeem.

Als u van plan bent om een langere reis te maken waarbij u veel stilzit, adviseren wij u van tevoren een therapeutisch elastische kous te laten aanmeten en deze te dragen. Bij een langere vliegreis waarbij u niet alleen lang stilzit maar waarbij ook een langdurige luchtdrukverandering is, geldt u dit ook. Ook adviseren wij u om regelmatig even in beweging te komen.

Bestraling van de oksel

Er bestaat een grotere kans op het ontstaan van lymfoedeem wanneer de oksel en/of aangrenzende lymfeklierstations worden bestraald. Vanwege uw behandeling zal dit in sommige gevallen noodzakelijk zijn. Bestraling van de okselregio kan ook als bijwerking hebben dat de weefsels minder elastisch worden. Hierdoor kan de beweeglijkheid van de arm in de loop van de jaren wat minder worden. Daarom adviseren wij u om tot ruim twee jaar na het beëindigen van de bestraling regelmatig met de arm te oefenen en de beweeglijkheid te controleren.

Oefentherapie

Door het verwijderen van de okselklieren kan het voorkomen dat u wat moeite heeft met het voorwaarts en zijwaarts bewegen van de arm. Eenmaal thuis is het de bedoeling dat u zelfstandig oefeningen uitvoert met als doel de beweeglijkheid van de arm/schouder weer te verbeteren. Herstel van de beweeglijkheid duurt bij normaal herstel gemiddeld 6 tot 8 weken.

Wij adviseren u het volgende:
  • Bij het oefenen is een goede houding van het bovenlichaam en de schouders belangrijk: goed rechtop staan en zitten, schouders iets naar achteren houden.
  • Probeer de oefeningen dagelijks te doen, bij voorkeur 2 tot 3 maal daags. Het beste is dat u elke oefening 10 tot 15 keer uitvoert. Zorg dat u hierbij geen pijn heeft, terwijl u toch zo veel als mogelijk is beweegt.
  • Heeft u een drain, dan hoeft u nog niet boven schouderhoogte te oefenen.
  • Een ‘rekgevoel’ bij de oefeningen is geen probleem, maar voorkom dat dit pijnlijk wordt. Elke ‘rek’ kunt u vier tot vijf tellen vasthouden, terwijl u rustig blijft doorademen.
  • Let op dat u bij de oefeningen niet met de armen gaat ‘veren’.
  • Ook na afloop van het oefenen ‘mag’ u geen pijn hebben. Is dit wel het geval, oefen dan de volgende keer minder intensief.
De eerste dagen na de operatie kunt u de arm bewegen binnen de pijngrens. Als u bijvoorbeeld uw haren wilt kammen of uw tanden wilt poetsen (dit hangt af van links– of rechtshandigheid), kunt u dit gewoon proberen. Probeer uw arm bij het lopen niet te krampachtig langs uw lichaam te houden.

Ongeveer 20% van de patiënten houdt ondanks het oefenen last van geringe of matige bewegingsbeperking van de schouder. Voer alle oefeningen op een rustig tempo uit en blijf binnen de pijngrens.

Als u start met oefenen kan uw drain iets meer gaan produceren. Dit is een normaal verschijnsel. Vindt u het angstig om met de drain te oefenen of veroorzaakt de drain veel pijn tijdens het oefenen, wacht dan met oefenen tot de drain eruit is.

Wij raden u sterk aan om naar een fysiotherapeut bij u in de buurt te gaan als er na 6 weken een blijvende beperking van uw beweeglijkheid is of bij het ontwikkelen van lymfoedeem.


Oefening 1 armen en schouders
Oefening 1
Bij deze oefening uw armen langs uw lichaam laten hangen. Vervolgens een aantal keren uw schouders optrekken en weer ontspannen.
Oefening 2 armen omhoog

Oefening 2
Uw handen achter uw rug in elkaar houden. Vervolgens uw armen gestrekt omhoog brengen.
Oefening 3 handen op de rug

Oefening 3
Leg uw handen zo laag mogelijk op uw rug en schuif ze langs uw rug naar boven.
Oefening 4 handen in elkaar vouwen


Oefening 4

Uw handen in elkaar vouwen. Daardoor wordt uw arm aan de geopereerde kant gesteund. Uw armen zo ver mogelijk gestrekt omhoog brengen.
Oefening 5 arm gestrekt voorwaarts


Oefening 5
Beweeg uw arm gestrekt voorwaarts, zo hoog u kunt.
Oefening 6 handen achter achterhoofd

Oefening 6
Uw handen achter uw oren tegen uw achterhoofd leggen en vervolgens uw vingers ineen strengelen. Houd uw ellebogen eerst ontspannen naar voren en breng ze daarna zo ver mogelijk naar achteren.
Oefening 7 armen zijwaarts omhoog


Oefening 7
Beide armen zijwaarts omhoog brengen, zo hoog u kunt.
Oefening 8 met handen langs muur


Oefening 8
Ga een stukje (15 cm) van de muur staan en 'krabbel' met beide handen tegelijkertijd langs de muur naar boven.




Meer informatie

Bent u op zoek naar een gespecialiseerd oedeemfysiotherapeut bij u in de buurt? Kijk dan op internet: www.nvfl.nl

Contact

Heeft u nog vragen, belt u dan naar Fysiotherapie, telefoonnummer (010) 703 39 50.

Patiëntinformatiecentrum Oncologie (PATIO)

Het patiëntinformatiecentrum is er voor iedereen die met kanker te maken krijgt, als patiënt of naaste. Het informatiecentrum bevindt zich aan de Zimmermanweg en is geopend van maandag t/m vrijdag van 8.00 - 16.30 uur. Telefoon: (010) 704 12 02. Mail: patio@erasmusmc.nl Voor alle mogelijkheden en activiteiten: www.erasmusmc.nl/kankerinstituut/patio. Kijkt u ook eens naar het ervaringsverhaal van Joris: