Een voorlichtingsgesprek over doelgerichte therapie
Wat kunt u verwachten van het voorlichtingsgesprek?
De oncologieverpleegkundige zal u vragen wat u al weet over de behandeling en welke informatie u nog nodig heeft. Samen met de verpleegkundige stelt u vast welke onderwerpen in ieder geval worden besproken.De oncologieverpleegkundige vertelt u:
- welke behandeling u krijgt en hoe deze werkt
- over bijwerkingen die kunnen optreden als gevolg van de behandeling
- wat u kunt doen of wat het ziekenhuis kan doen aan de bijwerkingen
Wat neemt u mee naar het gesprek
- deze informatie (online op uw telefoon of op papier)
- de medicijnen die de internist-oncoloog heeft voorgeschreven
Tijdens het voorlichtingsgesprek
Tijdens het gesprek worden de volgende dingen zeker besproken:- De naam van de kuur
- de werking van de therapie
- wijze van toedienen:
- via tabletten of
- via een infuus of
- een combinatie van beide
- Het toedieningsschema:
- aantal kuren
- duur van de kuur
- om de hoeveel weken u een kuur krijgt
- Als u medicijnen moet innemen:
- hoe vaak per dag u medicijnen moet innemen
- hoeveel dagen
- mogelijke rustperiode
- gebruik van medicijnen samen met voeding
- gebruik medicijnen samen met andere medicijnen
- wat te doen als u een dosering heeft gemist
- en/of hoe lang u de tabletten moet slikken
Kruis aan wat u zelf nog wilt bespreken:
Ziet u dit op een webpagina? Dan kunt u de folder uitprinten door op de 'download PDF' knop te klikken.- Medische informatie over de doelgerichte therapie die ik krijg (bijvoorbeeld de werking in het lichaam).
- Het doel van de behandeling.
- De bijwerkingen die kunnen voorkomen bij deze behandeling.
- Hoe waarschijnlijk is het dat ik bepaalde bijwerkingen krijg.
- Wat kan de specialist of verpleegkundige doen om bijwerkingen te voorkomen of te verminderen.
- Wat kan ik zelf aan de bijwerkingen doen.
- Wanneer ik contact op moet nemen met het ziekenhuis.
- Hoe moet ik contact opnemen met het ziekenhuis.
- Wat zijn de praktische gevolgen van de behandeling voor mijn dagelijkse leven (bijvoorbeeld huishouden of hobby's).
- Welke gevoelens kan de behandeling losmaken (bijvoorbeeld angst, somberheid, hoop, sneller emotioneel).
- Hoe kan ik en mijn naasten (bijvoorbeeld partner, kinderen) met de ziekte en/of behandeling omgaan.
- Wat mijn naasten kunnen doen om mij te (onder)steunen.
- Wat de invloed is van de behandeling op seksualiteit.
- Hoe ik in contact kan komen met lotgenoten.
- Of ik thuis extra hulp nodig heb en hoe ik dat kan regelen.
- Ondersteuning van maatschappelijk werk of een psycholoog.
- De gang van zaken in het ziekenhuis.
- Wat gebeurt er als ik afzie van de behandeling (twijfel over keuze, vooruitzichten, verdere begeleiding).
Contact
Wanneer u doelgerichte therapie krijgt, zijn er situaties waarin het belangrijk is dat u contact opneemt met het ziekenhuis. De oncologieverpleegkundige vertelt u welke situaties dit zijn.
- Bij niet-spoedeisende klachten 010-7041948 (maandag t/m vrijdag tijdens telefonisch spreekuur van 8.00-16.00)
- Bij spoedeisende klachten binnen kantoortijden 010-7041948 (maandag t/m vrijdag 8.00-16.00 uur)
- Bij spoedeisende klachten buiten kantoortijden 06-33342086 (maandag t/m vrijdag van 16.00-8.00 uur, zaterdag, zondag en feestdagen)
Behandelschema voor imatinib
Deze kuur bestaat uit één medicijn. Ook kunt nog andere medicijnen krijgen. Deze andere medicijnen krijgt u als ondersteuning van de behandeling, bijvoorbeeld om uw bijwerkingen te beperken.
In sommige gevallen wordt er een hogere dosis voorgeschreven die in 2 giften wordt verdeeld en 2x per dag moet worden ingenomen. Indien dit voor u van toepassing is wordt dit met u besproken door uw behandelteam.
Cytostatica/medicijnen | Iedere dag | Wijze van toediening |
Imatinib | X | Tabletten: 1 x per dag, innemen bij voorkeur tijdens de (avond-maaltijd. |
In sommige gevallen wordt er een hogere dosis voorgeschreven die in 2 giften wordt verdeeld en 2x per dag moet worden ingenomen. Indien dit voor u van toepassing is wordt dit met u besproken door uw behandelteam.
Medicatie tegen misselijkheid
De doelgerichte therapie die u krijgt, hoort tot de medicatie die weinig tot geen misselijkheid veroorzaakt. Indien u toch misselijk wordt dient u contact op te nemen met uw behandelteam via het verpleegkundig spreekuur en/of kunt u de adviezen volgen die verderop in deze folder zijn beschreven.
Bijwerkingen
Naast de chemotherapie wordt tegenwoordig doelgerichte therapie (targeted therapy) bij de behandeling van kanker toegepast. Bij tumorcellen zijn er vaak veranderingen in het genetische materiaal (DNA) in de tumorcellen. Deze veranderingen zorgen ervoor dat bepaalde signalen in de cel ontregeld raken waardoor de cel onbeperkt gaat groeien en een kankercel wordt. Doelgerichte therapie is er op gericht om de signalen binnen de tumorcel weer te normaliseren waardoor de groei geremd wordt. Hoewel doelgerichte therapie gericht is op het beschadigen van de kankercellen, kan het helaas ook schade veroorzaken aan gezonde lichaamscellen. Hierdoor kunnen bijwerkingen optreden. Sommige mensen hebben veel last van bijwerkingen, terwijl anderen er weinig van merken. De ernst van de bijwerkingen heeft niets te maken met het resultaat van de behandeling.
De meeste bijwerkingen zijn tijdelijk en verminderen geleidelijk na het stoppen van de chemotherapie.
Vaak voorkomende bijwerkingen bij imatinib kunnen bijvoorbeeld te maken hebben met:
De meeste bijwerkingen zijn tijdelijk en verminderen geleidelijk na het stoppen van de chemotherapie.
Vaak voorkomende bijwerkingen bij imatinib kunnen bijvoorbeeld te maken hebben met:
- Bloedarmoede
- Darmen: diarree en/of verstopping
- Huid en nagels: huiduitslag en gevoelige huid
- Misselijkheid en braken
- Oogklachten
- Spierkrampen/pijn en gewrichtspijn
- Vermoeidheid
- Vocht vasthouden (oedeem)
- Concentratie/geheugenproblemen
- Psychische gevolgen
- Seksueel verlangen
- Vruchtbaarheidsproblemen
- Zwangerschap, kans op aangeboren afwijkingen
Vaak voorkomende bijwerkingen en adviezen
Bloedarmoede
Bloedarmoede is een tekort aan rode bloedcellen. Een ander woord hiervoor is anemie.Uw behandeling kan een daling van het aantal rode bloedcellen veroorzaken. Rode bloedcellen zorgen voor het transport van zuurstof naar weefsel en organen.
Een tekort aan rode bloedcellen kan vermoeidheid, duizeligheid of futloosheid veroorzaken.
De bloedarmoede door uw behandeling is tijdelijk: de aanmaak van rode bloedcellen herstelt zich vanzelf. Bij ernstige klachten kan een bloedtransfusie nodig zijn.
Klachten kunnen zijn:
- kortademigheid en vermoeidheid, zelfs als u maar heel weinig hebt gedaan
- het zwart voor de ogen zien bij opstaan uit bed of stoel
- bleekheid, lusteloosheid
- duizeligheid, hoofdpijn
- hartklachten of hartkloppingen
- koud gevoel, transpireren
U kunt hier zelf niets aan doen. Deze vorm van bloedarmoede (die ontstaat door de behandeling van kanker) is niet te behandelen door anders te gaan eten dan u gewend bent. Daarom raden we u aan om bij bovengenoemde klachten contact op te nemen met uw behandelteam.
Darmen
Door de behandeling kunt u last krijgen van uw darmen. Iedereen heeft een ander ontlastingspatroon. Het is belangrijk dat uw stoelgang regelmatig is en niet te veel afwijkt van het patroon dat u voor de behandeling had.De behandeling die u krijgt kan de beweeglijkheid in uw darmen verminderen, waardoor de darmwerking vermindert. De behandeling kan ook inwerken op de cellen van uw darmen en zo een ontstekingsreactie veroorzaken. Hierdoor kunt u obstipatie of diarree krijgen.
Diarree
Diarree is een waterige dunne ontlasting waarvoor u meer dan 4 keer per dag naar het toilet moet. Bij diarree is de opname van vocht en voedingsstoffen in uw darmen verstoord. Dat komt door irritatie van het slijmvlies van de darm en door een verandering in de stofwisseling van de dunne darm. Bij diarree worden voedingsstoffen in de darmen minder goed opgenomen.Klachten kunnen zijn:
- buikpijn/buikkrampen
- vaak aandrang om het toilet te bezoeken
- zachte tot vloeibare stoelgang, verlies van stoelgang
- slijm of bloed bij de ontlasting
- soms tekenen van uitdroging: dorstgevoel, een droge mond, een droge tong, een droge of gerimpelde huid en donkere urine
- gewichtsverlies
- Drink veel om het vochtverlies aan te vullen en uitdroging te voorkomen. Drink ongeveer 2 liter water per dag (16 kopjes of 10 bekers)
- Drink veel water, thee, bouillon (vooral zout) en tomatensap. Zo vult u de tekorten aan, die diarree veroorzaakt.
- Spreid de maaltijden over de dag (5-6 keer per dag) en sla geen maaltijden over.
- Kauw goed.
- Kies voor voedingsmiddelen met oplosbare vezels zoals witte rijst, wit brood, havermout, bananen, appelmoes of fruit in blik.
- Schil en ontpit fruit. Eet geen druiven, abrikozen, perziken, pruimen, kiwi, ananas en gedroogd fruit.
- Gebruik niet te veel suiker.
- Probeer prikkelende of scherpe voeding te vermijden.
- Eet geen grote maaltijden.
- Eet geen vet.
- Eet geen grove vezels, zoals donker roggebrood en grof volkorenbrood.
- Eet geen gasvormende producten, zoals ui, knoflook, kool, prei.
- Drink geen koolzuurhoudende drank (met prik), geen koffie en geen alcohol.
- Eet eiwitrijk: vlees, vis, eieren, kaas en volle melkproducten.
- Het slijmvlies van de sluitspier kan geïrriteerd raken door de diarree; gebruik daarom zacht toiletpapier of een washandje. Zorg voor een goede lichaamshygiëne en breng een niet geparfumeerde zalf of vaseline aan ter hoogte van de sluitspier om de huid te beschermen.
- Kijk regelmatig na of uw urine niet te donker is. Donkere urine kan op uitdroging wijzen.
- Weeg u 1 keer per week om uw gewicht te volgen.
- Bespreek met uw behandelteam of u medicatie mag nemen bij diarree.
- Heeft u langer dan 24 uur hevige diarree (meer dan 4 keer per dag), overlegt u dan met uw behandelteam, zie het kopje Wanneer contact opnemen?
Verstopping (obstipatie)
Door uw behandeling kunt u last krijgen van verstopping (obstipatie). We spreken van obstipatie als u minder dan 3 keer per week stoelgang heeft. De medicijnen die u krijgt om misselijkheid tegen te gaan, kunnen verstopping veroorzaken.Mogelijke andere oorzaken van verstopping zijn bedlegerigheid, te weinig eten en drinken, te weinig vezels in de voeding, te weinig beweging, slecht kunnen persen, bepaalde medicijnen (bijvoorbeeld morfine) of een vernauwing in de darm door een tumor.
Ook het bewust (of onbewust) ophouden van ontlasting door een gebrek aan privacy, kan soms leiden tot obstipatie.
Klachten kunnen zijn:
- harde en droge ontlasting
- persen bij stoelgang
- opgezette buik
- buikpijn/ darmkrampen
- minder vaak stoelgang dan u gewend bent
- minder eetlust door een vol gevoel
- Zorg dat u voldoende drinkt, minstens 2 liter per dag, dit zijn 16 kopjes of 10 bekers per dag.
- Eet op regelmatige tijdstippen en sla vooral het ontbijt niet over.
- Kies voor vezelrijke voeding: bruin brood, volkoren of meergranen producten.
- Voeg extra zemelen toe aan melk, yoghurt, fruitsap.
- Voeg extra vetstof toe op het brood of bij een warme maaltijd. Vetarme voeding kan constipatie bevorderen.
- Eet voldoende fruit (sinaasappelen, pruimen, vijgen, peren).
- Beweeg voldoende, want beweging bevordert de darmwerking. Blijf zo weinig mogelijk in bed als uw toestand dit toelaat.
- Stel de drang om naar het toilet te gaan nooit uit.
- Neem voldoende tijd voor de ontlasting.
- Zo nodig kan uw behandelteam medicijnen voorschrijven om de stoelgang te bevorderen.
- Heeft u langer dan drie dagen geen ontlasting gehad.
- Als u hevige buikkrampen heeft.
Huid en nagels
Door de behandeling kan de huid als ook de nagels geïrriteerd raken.Huiduitslag
Door de behandeling kunt u huiduitslag krijgen. We spreken van uitslag als u last heeft van roodheid, vlekken, puisten, pukkels of blaasjes op uw huid. Dit kan optreden over de gehele huid of in de vorm van een plaatselijke uitslag.Een veel voorkomende vorm van huiduitslag is een allergische reactie op medicijnen. Netelroos is daar een voorbeeld van. Een ander woord voor netelroos is galbulten. De allergische reactie uit zich door een jeukende, rode uitslag. Deze huiduitslag lijkt op de huiduitslag, die u heeft na het aanraken van een brandnetel.
Klachten kunnen zijn:
- roodheid van de huid
- jeuk
- bultjes
- verdikte huid
- overgevoeligheidsreactie/allergische reactie (in de vorm van netelroos)
- Huidreacties kunnen verergeren door zonlicht. Vermijd daarom fel licht op de huid en bescherm de huid met kleren en zonnebrandcrème.
- Bij sommige medicijnen kunt u al verbranden door indirect zonlicht. Dit is zonlicht achter glas.
- Bedek uw armen en benen
- Ga niet achter het glas in de zon zitten
- Verzachtende en beschermende crèmes en zalven bevatten geen werkzame bestanddelen, maar houden de huid wel soepel en voorkomen verdere uitdroging van de huid. Klachten als jeuk, schilfering, kloven en branderige plekken verminderen door deze middelen. De middelen zijn zonder recept verkrijgbaar.
- Crèmes voor een niet al te droge huid: lanettecrème en cetomacrogolcrème
- Crèmes voor een erg droge huid: vaseline lanettecrème en vaseline cetomacrogolcrème
- Mentholgel kan de huid verkoeling geven.
- Bescherm uw lippen met lippenbalsem met UV filter.
Gevoelige huid
U kunt een ongewone huidreactie krijgen van de zon of de zonnebank. Deze reactie wordt lichtovergevoeligheid of fotosensibilisatie genoemd. Blootstelling aan zonlicht kan huiduitslag, jeuk, blaasjes, verkleuring van de huid of ernstige verbranding door de zon geven. De klachten treden altijd binnen 48 uur op.Advies
- Meld uw klachten bij uw behandelteam. Blijf zoveel mogelijk uit de zon, met name tussen 10.00 en 15.00 uur
- Draag beschermende kleding, waaronder hoed en zonnebril, smeer zonnebrandcréme op met een sunblock van minimaal factor 30, gebruik lippenbalsem met minstens factor 30. Ga niet onder de zonnebank.
Misselijkheid en braken
Door de behandeling kunt u last krijgen van misselijkheid en braken. Afhankelijk van de soort therapie krijgt u medicijnen om misselijkheid en braken te verminderen. De klachten verschillen sterk van persoon tot persoon.U kunt de volgende klachten krijgen:
- oprispingen
- kokhalzen en braken
- weinig of geen eetlust
- zwaar of opgeblazen gevoel in de maag
- Neem uw voorgeschreven medicatie stipt in. Zo kunt u de misselijkheid voorkomen.
- Zorg voor goede mond hygiëne zoals tanden poetsen na iedere maaltijd, maak gebruik van een zachte tandenborstel en tandpasta met fluoride.
- Zorg voor een fris gevoel in de mond: bv kauwgom of pepermunt.
- Eet traag en kauw goed.
- Eet waar u zin in heeft.
- Eet wanneer de misselijkheid het minst is.
- Stop met eten als uw misselijkheid erger wordt en probeer het op een later tijdstip.
- Zorg voor voldoende frisse lucht.
- Zorg voor afleiding.
- Eet vaker een kleine maaltijd. Probeer een lege maag te voorkomen door regelmatig een kleinigheidje te eten, zoals een cracker, beschuit of een schaaltje yoghurt.
- Ochtendmisselijkheid vermindert soms na het eten van een toastje of beschuit voor het opstaan. Leg in de avond bijvoorbeeld een pakje toastjes klaar naast het bed of een pakje met soepstengels en smeerkaas.
- Pas de maaltijden aan, neem kleinere porties per dag.
- Probeer genoeg te drinken. Als u te weinig drinkt en te veel vocht verliest door het braken moet u contact opnemen met het ziekenhuis. Te weinig drinken kan het gevoel van misselijkheid erger maken.
- Probeer of het drinken van koolzuurhoudende dranken helpt. De koolzuur kan helpen om overtollige lucht uit de maag op te boeren en zo een vol gevoel te verlichten. Neem de koolzuurhoudende drank niet te koud, dit kan weer maagklachten geven.
- Probeer gerechten die koud of op kamertemperatuur zijn, deze worden vaak beter verdragen. Laat warme voedingsmiddelen en dranken afkoelen tot ze lauwwarm zijn.
- Combineer geen koude en warme gerechten tijdens een maaltijd.
- Drink niet vlak voor of vlak na de maaltijd. Drink pas 30 minuten tot een uur na de maaltijd.
- Vermijd sterke geuren die uw misselijkheid kunnen verergeren: etensgeuren, kruiden, specerijen, parfums, bloemengeuren of schoonmaakmiddelen.
- Ga niet onmiddellijk na de maaltijd liggen: een halfzittende houding is beter.
Oogklachten
Door de behandeling kunt u oogklachten krijgen.Klachten kunnen zijn:
- roodheid
- prikkende ogen
- prikkend gevoel of dat er zand in de ogen zit
- ontstoken oogleden
- droogheid
- tranen
- wazig zien
- vervorming van beeld
Advies
- Draag geen contactlenzen tijdens de behandeling. Uw ogen raken daardoor geïrriteerd.
- Bescherm uw ogen tegen scherp licht; soms helpt een zonnebril.
- Gebruik geen oogmake-up.
- Gebruik van kunsttranen, bijvoorbeeld Duratears, kan de irritatie verminderen. Dit kunt u zonder recept halen bij de apotheek of de drogist.
Spierkrampen/pijn en gewrichtspijn
Door de behandeling kunt u last krijgen van spierkrampen en/of spierpijn.Klachten kunnen zijn:
- te hoge spierspanning (spierkrampen of spasmen)
- spierpijn (overal in het lichaam, zoals nekpijn, rugpijn, beklemmend gevoel op de borst, pijn aan de ledematen
- gewrichtspijn
- pijn in de botten (botpijn)
Advies
- Probeer te blijven bewegen en zo mogelijk/nodig de spieren te rekken..
- Vermijd overbelasting van de spieren.
- U kunt 500 tot 1000mg paracetamol gebruiken tegen de spierpijn en pijn in de botten. U mag maximaal 1500 mg per dag gebruiken omdat er bij hogere doseringen paracetamol in combinatie met imatinib een verhoogde kans is op leverschade.
- Overleg met uw behandelteam wanneer dit niet voldoende is, zie het kopje "wanneer contact opnemen".
Vermoeidheid
Door de behandeling kunt u vermoeid worden. De meest voorkomende klachten zijn:- voortdurend een gevoel van algemene zwakte en psychische uitputting
- concentratieproblemen
- lichamelijke en/of geestelijke inspanning kost meer moeite
- een (groot) gebrek aan energie, u denkt niets meer te kunnen
- prikkelbaarheid
- emotionele labiliteit, stemmingswisselingen
- gebrek aan aandacht voor de omgeving
- slaperigheid en lusteloosheid
- geheugenproblemen
Advies
- Beweeg zoveel mogelijk, want als u minder doet, gaat uw conditie achteruit.
- Overweeg te sporten met een fysiotherapeut die gespecialiseerd is in oncologie.
- Als u graag zwemt, overleg dat dan met uw behandelteam. Zij kunnen u vertellen of u mag gaan zwemmen of niet.
- Overweeg om gebruik te maken van mindfulness of yoga.
- Uw energie is kostbaar, ga er zorgvuldig mee om. Plan niet teveel activiteiten op één dag. Verdeel dingen die u wilt doen over de week.
- Bepaal zelf waaraan u energie wilt besteden. Wissel dingen die u móet doen af met leuke dingen waar u energie van krijgt.
- Wees duidelijk over wat u wel en niet kunt en wilt doen, stel daarin uw grenzen.
- Vraag zo nodig hulp van familie of vrienden of schakel de thuiszorg in.
- Zorg dat u genoeg uren kunt slapen, houd u aan vaste tijden om naar bed te gaan en op te staan. Probeer op vaste tijden op te staan en naar bed te gaan, ook in het weekend.
- Neem tijd voor leuke en ontspannende dingen.
- Eet gezond en eiwitrijk, dit is belangrijk voor een goede conditie.
- Drink liever geen alcohol.
Raadpleeg de Verwijsgids Kanker welke zorgverleners bij u in de buurt u kunnen helpen met klachten van vermoeidheid.
Fysiotherapeut (Oncologie-) - IKNL | Verwijsgids Kanker
Vocht vasthouden (oedeem)
Door de behandeling kunt u last krijgen van vochtophopingen op plekken waar normaal bijna geen vocht zit, bijvoorbeeld rond de enkels of in het gezicht.Dat kan de volgende klachten geven:
- minder plassen
- dikke enkels, voeten en/of benen, handen of armen
- toename van het gewicht
- kortademigheid
- Controleer uw gewicht regelmatig.
- Komt u in korte tijd veel aan of merkt u dat u vocht vasthoudt, neem dan contact op met uw behandelteam.
- Neem bij kortademigheid contact op met uw behandelteam.
Algemene bijwerkingen/invloed op
Concentratie/geheugenproblemen
We horen vaak van mensen dat ze last hebben van een slechter geheugen, dat ze zich minder goed kunnen concentreren en dat ze problemen hebben met plannen. We noemen dit cognitieve problemen. Deze problemen zijn bij de meeste mensen tijdelijk, ook al blijven ze soms langer aanwezig na de behandeling.Advies
- U kunt gebruik maken van een agenda of dagplanner.
- Zorg ervoor dat u orde en structuur in uw dag aanbrengt.
- Geef uw lichaam tijd om te herstellen.
- Zoek naar manieren om uw hoofd leeg te maken met ontspannende activiteiten.
- Ontspanningsoefeningen, yoga, mindfulness en haptotherapie kunnen helpen.
Psychische gevolgen
De diagnose kanker zorgt bij veel mensen voor gevoelens van angst en onzekerheid. Maar ook de medicijnen kunnen soms psychische reacties geven.Klachten kunnen zijn:
- verwardheid
- angst
- onrust
- depressieve gevoelens
- stemmingswisselingen
- snel geïrriteerd zijn
Loop vrijblijvend binnen bij de PATIO (Patientinformatiecentrum Oncologie). Dit is een plek in het Erasmus MC voor iedereen die met kanker te maken krijgt, voor zowel patiënten
als naasten.
Wat?
- Ontspannen: met een kopje koffie of thee. Bladeren door een tijdschrift aan de leestafel. Of meedoen aan een workshop, zoals bloemschikken of mozaïeken.
- Ontmoeten: lotgenoten ontmoeten of een praatje maken.
- Ontdekken: op zoek gaan naar betrouwbare informatie. Een gastvrouw kan u hierbij helpen. Aanwezig zijn bij een themabijeenkomst.
- Ontzorgen: de juiste zorg of ondersteuning vinden met hulp van een ondersteuningsconsulent.
Locatie: Erasmus MC, Zimmermanweg
Openingstijden: maandag tot en met vrijdag van 8.30 uur – 17.00 uur. U kunt gewoon binnenlopen. Er zijn geen kosten aan verbonden.
PATIO aan bed: voor klinische patiënten
Muziektherapie of kunstzinnige therapie volgen. Meedoen aan creatieve activiteiten. Een laptop, spelcomputer, e-reader of tijdschrift lenen. Een praatje maken met een vrijwilliger.
Meer informatie
Kijk voor alle mogelijkheden en activiteiten op: www.erasmusmcpatio.nl
Meer informatie leest u ook in de patiëntenfolder van PATIO.
Advies
- Op het internet bestaan veel van pagina’s over kanker. Maar niet elke pagina heeft de juiste informatie. Ons advies is dan ook om zoveel mogelijk gebruik te maken van pagina’s van officiële instituten. Op deze pagina’s is de informatie het meest betrouwbaar.
- Meer informatie over patiëntenverenigingen, alternatieve geneeswijzen, vakantiemogelijkheden, voeding en klachtenmogelijkheden kunt u vinden bij de PATIO.
Seksueel verlangen
Door de behandeling kunt u minder zin hebben om te vrijen. Dat betekent niet automatisch dat u minder behoefte heeft aan intimiteit. Ook uw partner kan het soms moeilijk vinden om lichamelijk contact te hebben, bijvoorbeeld omdat hij/zij denkt dat u daar nog niet aan toe bent. Voor u beiden is het belangrijk dat er aandacht is voor de verschillende gevoelens en behoeften. Neem samen de tijd om weer vertrouwd te raken met uw lichaam en te verwerken wat er veranderd is door de ziekte en de behandeling. Het is een situatie waar u en uw partner zelf een oplossing voor kunnen zoeken, eventueel met behulp van een therapeut.Meer informatie over seksualiteit en intimiteit
Advies
- Door ziekte, vermoeidheid en angst kunt u minder zin krijgen in seks. Dit kan voor u en uw partner ongerustheid en spanningen veroorzaken. U zult beiden de veranderingen moeten leren accepteren. Een eerlijke en open communicatie is erg belangrijk. Praat met uw partner over uw gevoelens.
- Medicatie kan invloed hebben op de beleving van seksualiteit.
- Maak gebruik van een glijmiddel bij droge vaginale slijmvliezen.
- Speelt vermoeidheid voor u mee bij het vrijen? Probeer bijvoorbeeld het op een ander tijdstip, bijvoorbeeld ’s ochtends. Misschien heeft u er dan meer energie voor.
- Seksuele problemen zijn soms moeilijk bespreekbaar. Het is voor u goed om te weten dat het heel normaal is om seksuele klachten met uw behandelteam te bespreken.
- Als het nodig is, kan uw behandelteam u doorverwijzen naar een seksuoloog.
- Klik hier voor een seksuoloog bij u in de buurt.
Zwangerschap en kans op aangeboren afwijkingen
De behandeling met oncologische middelen kan schadelijk zijn voor het erfelijk materiaal van voortplantingscellen (eicellen en sperma). Tijdens de behandeling moet u een zwangerschap voorkomen; overleg met uw behandelteam. Het is beter dat uw lichaam na de behandeling eerst goed herstelt voordat u zwanger wordt.Advies
- Vrouwen die zwanger kunnen worden, wordt aangeraden om effectieve anticonceptie te gebruiken tijdens de behandeling en gedurende ten minste 15 dagen na het stoppen van de behandeling met Imatinib.
- Mocht u onverhoopt toch zwanger raken, geef dit dan onmiddellijk door aan uw behandelteam. Dit is van groot belang voor het vaststellen/ aanpassen van de (vervolg)behandeling.
Extra info veilig omgaan met uitscheidingsproducten
U hoeft tijdens en gedurende de therapie geen beschermende maatregelen te treffen.
Praktische informatie
Rondom de toediening van de kuur
Medicijnen
Voeding en advies
Alcohol en doelgerichte therapie
Andere zorgverleners
Autorijden
Vervoersregeling
Werken
Zwemmen en saunabezoek
- U kunt gewoon ontbijten op de ochtend dat u de kuur krijgt toegediend.
- We adviseren u om naar het toilet te gaan voordat de kuur wordt toegediend.
- Op de dagbehandeling is het de bedoeling dat u de gehele periode van de behandeling in de behandelstoel blijft zitten of op bed blijft liggen.
- Als u wordt opgenomen, dan mag u tijdens de toediening van de kuur wel rondlopen over de afdeling, maar alleen op de afdeling waar u bent opgenomen.
- Maak gebruik van anticonceptie, zie kopje ‘zwangerschap en kans op aangeboren afwijkingen’.
- Overleg met uw behandelend arts/ verpleegkundig specialist of dat de anticonceptiepil betrouwbaar is en gebruikt mag worden.
Medicijnen
- Geef aan uw behandelteam door welke medicijnen u gebruikt.
- Geef niet alleen eenvoudige medicijnen door die u gebruikt zoals aspirine, paracetamol, maar ook de door u gebruikte voedingssupplementen, visoliecapsules, vitamines of homeopathische- en kruidengeneesmiddelen.
- Geef toestemming aan uw eigen apotheek om uw medicijndossier open te zetten via het Landelijk Schakelpunt, zodat het dossier beschikbaar is. Zo kunnen we uw dossier inzien als dat nodig is voor uw behandeling.
Voeding en advies
- Soms is het eten of drinken van vette vis, grapefruit(sap) of grapefruitkruisingen (o.a. pomelo, mineola), niet toegestaan. Bespreek dit met uw behandelteam. https://www.voedingenkankerinfo.nl/mag-ik-vis-eten-en-visolie-gebruiken-bij-chemotherapie/
- Als u een bepaald dieet volgt of wilt volgen, is het belangrijk dat u in goede conditie bent en op gewicht blijft. Ook tijdens uw eventuele opname is het meestal mogelijk om het door u gewenste dieet te volgen (binnen de mogelijkheden van de keuken). U kunt dit bespreken met de verpleegkundige of zorgassistente.
Alcohol en doelgerichte therapie
- Het drinken van alcohol tijdens een behandeling is niet in alle situaties 'verboden'. Drink altijd met mate en houd er rekening mee dat alles wat u drinkt anders kan smaken en anders kan 'vallen'.
- Vraag uw behandelteam of er in uw situatie een reden is om helemaal geen alcohol te drinken.
Andere zorgverleners
- Uw huisarts wordt door uw behandelteam geïnformeerd. We adviseren u om ook zelf contact op te nemen met uw huisarts.
- Als u een oproep krijgt voor een griep/covid prik of andere vaccinatie, bv pneumococcen, adviseren we u om deze te gaan halen. We krijgen vaak de vraag wanneer de griep/covid prik gehaald moet worden tijdens de behandeling met chemotherapie of radiotherapie. Het is gebleken dat het niet uitmaakt op welk moment u tijdens de behandeling de vaccinatie krijgt.
- Patiënten die het afgelopen jaar een stamceltransplantatie hebben ondergaan moeten eerst met hun behandelend Hematoloog overleggen of ze gevaccineerd mogen worden.
- Patiënten die deelnemen aan een geneesmiddelen studie moeten ook eerst overleggen met hun behandelteam.
- Patiënten die volgens reisadvies het gele koorts vaccin moeten krijgen, moeten eerst overleggen met hun behandelteam.
- Zorg voor aanvang van uw behandeling dat uw gebit gecontroleerd is en dat eventuele behandelingen aan het gebit zijn gedaan.
Autorijden
- Sommige medicijnen kunnen uw rijvaardigheid beïnvloeden, bijvoorbeeld clemastine. Clemastine is een middel dat de rijvaardigheid beïnvloed. Het is een middel om een allergische reactie op medicatie te voorkomen of te bestrijden (antihistaminicum). Het gebruik van clemastine kan voor slaperigheid en/of duizeligheid zorgen en heeft een ernstige en gevaarlijke invloed op de rijvaardigheid. Daarom is het wettelijk verboden om de eerste 24 uur na toediening auto te rijden.
- Vraag bij twijfel om advies bij het behandelteam.
Vervoersregeling
- In de basisverzekering is een regeling opgenomen voor vergoeding van vervoer.
- Neem contact op met uw zorgverzekeraar om te vragen hoe u deze vergoeding aan kunt vragen.
- U kunt gebruik maken van eigen vervoer of taxivervoer.
Werken
- Blijft u doorwerken of stopt u (tijdelijk)? Het is belangrijk om goed met uw werkgever of opdrachtgevers te overleggen en in contact te blijven met collega’s.
- Neem contact op met de bedrijfsarts.
- Zie hiervoor de website: https://nfk.nl/kanker-en-werk/werken-met-of-na-kanker
Zwemmen en saunabezoek
- Zwembad en saunabezoek zijn toegestaan tijdens uw behandeling.
Disclaimer
De informatie in deze folder is zorgvuldig samengesteld en is gebaseerd op de teksten die te vinden zijn op www.bijwerkingenbijkanker.nl. Middelen bij kwaadaardige aandoeningen zijn doorgaans sterk werkzame geneesmiddelen die veel bijwerkingen kunnen veroorzaken. Het optreden van bijwerkingen is onder andere afhankelijk van de dosering, de duur van de behandeling, de combinatie met andere geneesmiddelen, het onderliggend ziektebeeld en eventueel aanwezige orgaanfunctiestoornissen. Daarnaast is er een verschil in het optreden van bijwerkingen tussen verschillende patiënten. Bijwerkingen kunnen onmiddellijk na het toedienen, maar ook veel later optreden.
Ondanks de onvoorspelbaarheid van het optreden en de ernst van bijwerkingen hebben we ernaar gestreefd veel gerapporteerde bijwerkingen in het systeem op te nemen. Op de informatie voor de patiënt zijn slechts de bijwerkingen gemeld die bij meer dan 10% van de patiënten voorkomen.
Referenties naar deze website:
Ondanks de onvoorspelbaarheid van het optreden en de ernst van bijwerkingen hebben we ernaar gestreefd veel gerapporteerde bijwerkingen in het systeem op te nemen. Op de informatie voor de patiënt zijn slechts de bijwerkingen gemeld die bij meer dan 10% van de patiënten voorkomen.
Auteursrecht
De informatie op deze site mag worden gebruikt, op voorwaarde dat de bron vermeld wordt.Referenties naar deze website:
Wanneer contact opnemen
Matige en niet-spoedeisende klachten | Ernstige en spoedeisende klachten |
Graag contact opnemen bij de volgende klachten:
Maandag t/m vrijdag tijdens telefonische spreekuren van 8.00-16.00 uur. 010 - 704 19 48 | Indien u acuut hulp nodig heeft belt u dan met spoednummer huisarts of 112 Graag contact opnemen bij de volgende klachten:
Binnen kantooruren (maandag t/m vrijdag van 8.00-16.00 uur). 010 - 704 19 48 Buiten kantooruren (16.00-8.00 uur) zaterdag, zondag en feestdagen. 06 - 33 34 20 86 |