Naar topnavigatiemenu Naar hoofdnavigatiemenu Naar hoofdinhoud
Patiëntenfolder

Intravitreale injectie

Uw oogarts heeft u voorgesteld om u een medicijn te geven via een injectie in uw oog. Dit noemen we ook wel een intravitreale injectie.

Download PDF

Voorbereiding

  • Draag geen make-up op de dag van de injectie.
  • Draagt u contactlenzen? Doe deze dan van te voren uit en draag uw bril naar de afspraak.
  • Krijgt u druppels voorgeschreven van uw oogarts? Ga daar dan gewoon mee door. Ook op de dag van de injectie.

Niet zelf autorijden na afloop

Belangrijk: bij uw eerste bezoek aan de oogarts krijgt u druppels waarvan uw pupillen wijd worden en uw zicht wazig. U kunt na afloop niet zelf autorijden! Bij vervolgafspraken voor injecties gebeurt dit niet, maar wij raden u toch aan om iemand mee te nemen naar de afspraak, omdat uw zicht door de injectie en de ooggel na afloop minder is.

Wat neemt u mee?


Neem een zonnebril mee. Na het bezoek kan het dragen van een zonnebril prettig zijn, omdat uw oog wat geïrriteerd kan zijn.

Over de behandeling

Waarom krijgt u deze injectie?

We verwachten dat dit medicijn het meeste effect heeft bij uw aandoening. Er zijn meerdere soorten medicijnen. Uw oogarts heeft met u besproken welk middel u krijgt.

Verloop van de behandeling

Vertel het aan de doktersassistente of arts als:
  • U een oogontsteking heeft.
  • Uw oog rood en pijnlijk is
  • Als er vuil uit het oog komt.
  • U zwanger bent of denkt zwanger te zijn.
U krijgt voor de injectie nog een aantal oogdruppels: verdovende oogdruppels en jodium oogdruppels voor desinfectie. Bij jodium allergie krijgt u een alternatieve oogdruppel. Na deze oogdruppels roepen wij u na enige tijd binnen. U neemt plaats in de behandelstoel. De stoel gaat achterover, zodat u komt te liggen. Wij controleren nog een keer uw naam, geboortedatum, om welk oog het gaat en geven u nog een verdovende oogdruppel. Vervolgens poetsen wij uw oogleden en een ruim deel rondom uw oog met jodium voor desinfectie.

Bij allergie gebruiken wij een ander middel. De oogarts plaatst een steriele doek met een gat over uw oog en spreidt uw oogleden met een ooglidspreider. Hierdoor blijft uw oog open staan.
afbeelding oog
Afbeelding 1. De injectie in uw oog.

Met een passertje markeert de oogarts de plek van de injectie. Hiermee controleren we ook gelijk of uw oog goed verdoofd is. U krijgt nog een jodium oogdruppel en dan de injectie. U voelt een kleine steek en ziet het medicijn inlopen. De injectie kunt u vergelijken met een bloedafname: u voelt het even, maar meer ook niet. Na afloop van de injectie krijgt u ooggel in het oog en dan mag de ooglidspreider eruit. Daarna maken wij uw oogleden weer schoon en kunt u naar huis.

Bijwerkingen en complicaties

Complicaties na een injectie zijn gelukkig zeldzaam: minder dan 1 op 1000. Complicaties kunnen desondanks toch optreden. Als ze op tijd herkend en behandeld worden, kunnen we nadelige gevolgen voorkomen.

Bijwerkingen

  • Het kan zijn dat u een zwarte vlek of stip ziet na afloop, dit is normaal en verdwijnt binnen twee dagen.
  • Uw oog kan na de verdoving wat stroef aanvoelen of u heeft het gevoel dat er een korreltje zand in het oog zit. Dit gaat vanzelf over. Wrijf vooral niet in uw oog!
  • U kunt een rood oog hebben als de oogarts een bloedvaatje raakt. Dat is onschuldig en ook niet pijnlijk. In dat geval is contact opnemen niet nodig.

Wanneer contact opnemen?


Neemt u contact op met het ziekenhuis als u het volgende merkt in combinatie met elkaar:

  • U gaat ineens veel slechter zien.
  • U krijgt veel pijn aan het oog.
  • Het hele oog ziet rood.


Deze symptomen samen kunnen tekenen zijn van een infectie. Dit moet snel beoordeeld worden en als u een infectie heeft, moet er snel iets aan gedaan worden.
Bel naar(010) 704 0 704 en vraag naar de dienstdoende oogarts.

Vervolginjecties en controleafspraken

De oogarts spreekt de vervolginjecties af aan de hand van een prikschema. Dit kan maandelijks zijn maar ook om de zes weken, om de twee maanden of een ander schema.

Bij een serie injecties plannen wij vaak ook een oogscan (OCT-scan), om het netvlies in de gaten te houden.

Na enige tijd (afhankelijk van het schema) komt u weer bij de oogarts voor controle om het verdere beleid te bepalen. Bespreek met uw oogarts uw bevindingen en stel uw vragen. Een familielid of verzorger die u brengt naar de afspraak kan u helpen om alle informatie die u krijgt te onthouden. Een goede samenwerking tussen u en uw oogarts is belangrijk voor de beste behandeling.

Contact

Voor vragen over de behandeling en het beleid is uw oogarts de aangewezen persoon. Voor zaken rondom de behandeling en voor verzetten van afspraken neemt u contact op met de doktersassistenten.

Contact met oogarts op werkdagen en doktersassistenten: (010) 704 01 35

Spoed bij klachten na injectie: (010) 704 0 704 (vraagt u naar de dienstdoende oogarts)