Naar topnavigatiemenu Naar hoofdnavigatiemenu Naar hoofdinhoud
Patiëntenfolder

Omgaan met patiënten met verlaagd bewustzijn

Uw naaste is niet meer goed bij bewustzijn door hersenletsel. We noemen dit een verlaagd bewustzijn. U moet anders omgaan met iemand die een verlaagd bewustzijn heeft. Hier leest u tips voor hoe u met uw naaste kunt omgaan.

Download PDF

omgaan met verlaagd bewustzijnDeze poster is ontwikkeld in samenwerking met EENnacoma en Libra Revalidatie & Audiologie

Tekst van de poster

  • Gun de patiënt rust
    • Wissel rust en prikkels af volgens het dagschema dat op de kamer hangt. Rust betekent helemaal geen prikkels (geen radio, geen TV, geen gesprekken etc.).
  • Benoem wat je de patient ziet doen
    • Als de patiënt beweegt of kijkt, vertel dan wat je ziet. Bijvoorbeeld: “Ik zie dat je naar mij kijkt."
  • Help de patiënt oriënteren
    • Vertel je naam, je functie, waar we zijn, de dag en de tijd.
  • Zeg wat je gaat doen
    • Vertel hardop wat je van plan bent om te gaan doen.
  • Geef de patiënt de tijd om te reageren
    • Wacht even nadat je iets hebt gezegd of gedaan. De reactie kan wat langer duren. Geef één prikkel tegelijk.
  • Geef de patiënt betekenisvolle prikkels
    • Gebruik bekende muziek, foto’s, vertrouwde geuren of praat over gedeelde herinneringen. Voer samen taken uit die nuttig zijn (bijv. zorg).
  • Help de patiënt als hij/zij oncomfortabel is
    • Als de patiënt zweet, zijn/haar gezicht vertrekt of een snelle hartslag of ademhaling heeft, voelt hij/zij zich misschien niet prettig. Kijk of een andere houding de patiënt comfortabeler maakt of dat de patiënt andere zorg nodig heeft.
  • Praat met de patiënt, niet over de patiënt
    • Spreek de patiënt rechtstreeks aan als je praat. Voer andere gesprekken buiten de kamer.