Naar topnavigatiemenu Naar hoofdnavigatiemenu Naar hoofdinhoud

Andere rol voor de docent

9 november 2023

Een bezorgde 20-jarige man komt op de poli. Meerdere van zijn familieleden zijn aan darmkanker overleden. ‘Kan ik ook darmkanker krijgen,’ is zijn vraag aan de arts. Studenten en tutoren testen voor de tweede keer Casusgestuurd Onderwijs (CGO). 'Er wordt echt wat anders van docenten gevraagd,’ vertelt Daan Schilperoord, onderwijskundig adviseur, betrokken bij de invoering van CGO in het nieuwe geneeskunde curriculum Erasmusarts 2030 vanaf september 2024.

*Dit artikel is geschreven vóór het besluit in december om de naam "tutor" te wijzigen naar "CGO-docent".

Studenten starten de week met een pitch. Daarmee worden ze geënthousiasmeerd en aangezet tot gestuurde zelfstudie. De pitch kan bijvoorbeeld het verhaal van een patiënt zijn. De zelfstudie kan bestaan uit het lezen van literatuur, het bekijken van e-modules en het maken van opdrachten.Tijdens de casusbespreking passen studenten de opgedane kennis toe

In het geval van de casus van de 20-jarige man onderzoeken de studenten welke onderzoeken kunnen uitsluiten dat hij die erfelijke aanleg voor darmkanker heeft, en wat de voor- en nadelen van de onderzoeken zijn. Ze zoeken uit welk onderzoek het meest geschikt is en hoe ze dit met de man bespreken.

Wat hebben we van deze pilot geleerd?

Daan Schilperoord heeft samen met docenten en studenten een CGO-pilot gedraaid in september. ‘Wat we hebben geleerd is dat de leeropbrengsten voor studenten met CGO hoger zijn dan in het traditionele onderwijs, mits ze zich goed voorbereiden. Ze zijn daarna in staat om kennis niet alleen te reproduceren, maar om deze daadwerkelijk in realistische situaties toe te passen.’

‘Ook bevestigt de pilot dat de rol van de tutor anders is dan die van de traditionele docent. Er wordt echt wat anders van de docenten gevraagd. In de rol van tutor is de docent meer een coach die de casusbespreking faciliteert. De studenten gaan zelfstandig aan het werk. De coach monitort en stuurt bij, stelt vervolgvragen om te activeren. De tutor is niet de alwetende docent die een verdiepend college geeft.’

Waarom Casusgestuurd Onderwijs (CGO)? 
CGO wordt ingezet voor het aanleren van basale medische concepten en klinische vaardigheden, maar ook voor concepten en zienswijzen vanuit andere perspectieven. Door aan de slag te gaan met casuïstiek en elkaar de biomedische concepten uit te leggen, ontdekken studenten onderliggende werkingsmechanismen en leren ze klinisch redeneren. Ook implicaties van een behandeling, de rol van technologie, en het ethische, juridisch en financieel aspect van de casus komen aan bod.

Door reflectie leren studenten de leerstof te relateren aan hun eigen ervaringen, waardoor deze beklijft. Door de leerstof aan te reiken in de context van casus, begrijpen studenten waarom ze deze kennis en vaardigheden nodig hebben. Dit draagt ook bij aan de ontwikkeling van andere competenties.

Reactie tutoren

‘Ik vond deze leermethode vernieuwend, maar wel een uitdaging', vertelt Alwine Kwist, huisarts en wetenschappelijk docent. ‘Het is een andere vorm dan vroeger. Maar je ziet dat studenten met elkaar en met een beetje sturing tot hele leuke en inzichtelijke antwoorden komen, die ook juist zijn.’

Kijk de video voor de ervaringen van studenten en tutoren:

Wie zijn tutoren? 

Tutoren zijn docenten die tijdens de casusbespreking het leer- en groepsproces van de studenten begeleiden. Zij ondersteunen de samenwerking en stimuleren en faciliteren het academische gesprek tussen studenten. Tutoren bewaken de leerkaders en stellen de juiste vragen om de leeropbrengsten te bereiken. 
Tutoren hoeven niet altijd inhoudsexpert te zijn. Ze moeten wel biomedische kennis hebben. De tutor kan dus Geneeskunde hebben gestudeerd (bachelor of master), maar ook Psychologie, Gezondheidswetenschappen, Biomedische wetenschappen of HBO-Verpleegkunde.

Om de casus te kunnen begeleiden krijgen tutoren een tutorbriefing en een handleiding van de inhoudsexpert, die meestal de maker van de casus is. De tutorhandleiding is een leidraad waarmee de tutoren de casusbespreking kunnen doen.

De tutor krijgt ook een training om zich de vaardigheden eigen te maken die nodig zijn bij een casusbespreking.

Aanscherpen van onderwijsmateriaal

Daan: 'De tutoren gaven waardevolle tips mee voor de inhoudsexperts die de casussen en de tutorhandleiding gaan schrijven. Zo krijgen de modelantwoorden een duidelijkere plek in de tutorhandleiding, om beter te kunnen zien of studenten in staat zijn om de kennis toe te passen. Ook wordt er nagedacht over een manier waarop de inhoudsexpert na de casusbespreking onbeantwoorde vragen kan beantwoorden.’

Ook bleken de tutoren behoefte te hebben aan extra trainingen gericht op specifieke onderdelen en intervisiebijeenkomsten. Om die reden zullen tutoren voordat ze CGO gaan geven twee trainingen krijgen om zich de vaardigheden eigen te maken en twee erna om hun ervaringen te delen.

Benieuwd naar meer?

Op 27 en 28 november staat Erasmusarts 2030 op het Groei Groos event. Arjen Korpershoek, tutorcoördinator, kan je meer vertellen over de rol van de tutor en de ontwikkelmogelijkheden.