Een jonge patiënt belt de huisarts met acute benauwdheid en pijn op de borst. Deze casus kunnen de eerstejaars studenten verwachten in het nieuwe curriculum Erasmusarts 2030. Stap voor stap verzamelen ze meer gegevens. Ze lezen literatuur. Ze kijken een filmpje waarin de huisarts de patiënt vragen stelt en volgen het lichamelijk onderzoek. Met de informatie die ze zich eigen hebben gemaakt, stellen ze een differentiaaldiagnose. Welke oorzaken kunnen achter de klacht schuilgaan, en welke is in dit geval het meest waarschijnlijk?
De Ontwikkelteams van Erasmusarts2030 werkten tijdens Ontwikkeldagen 3 en 4 verder aan de inhoud van het Casusgestuurd Onderwijs (CGO) en Projectonderwijs (PO). De multidisciplinaire teams stellen casussen op waarinbiomedische kennis, klinische vaardigheden en academische vorming samenkomen.
Docent Ed van Beeck en docent-huisarts Ilke Akdogan-Bicer, die tijdens Ontwikkeldag 4 met hun team werkten aan de casus ‘Patiënt met pijn op de borst’, beschrijven hoe studenten zich verdiepen in de patient journey:van klacht via anamnese en lichamelijk onderzoek totdifferentiaal diagnose. 'Heel goed dat de studenten naast de nodige medische kennis meteen de beroepscontext leren kennen,’ vindt Van Beeck.
In het CGO ontwikkelen studenten niet alleen grondige kennis van biomedische concepten, maar leren ze deze ook in een maatschappelijke en ethische context te plaatsen. Docent en medisch ethicus Hafez Ismaili M’hamdien arts-microbioloog Lonneke Bode vertellen over hun samenwerking tijdensOntwikkeldag 3 voor de casus ‘De hielprik’. Ismaili M’hamdi: ‘We streven naar geïntegreerd onderwijs, zodat de student niet alleen een smal biomedisch plaatje heeft maar een breder overzicht.Zodat ze bijvoorbeeldook de vraag kunnen beantwoorden waarom we de hielprikhebben in de Nederlandse gezondheidszorg.’