Naar topnavigatiemenu Naar hoofdnavigatiemenu Naar hoofdinhoud
Stethoscoop
Behandeling

Laryngotracheale stenose, operatieve behandeling

Luchtwegvernauwing

In sommige gevallen is de luchtwegvernauwing (stenose) zo ernstig dat een operatie nodig is om de vernauwing te verhelpen.

Over deze behandeling

Wat we gaan doen

Wat is het?

Bij een luchtwegstenose bepaalt de ernst van de vernauwing welke behandeling het best geschikt is. Milde vernauwingen behandelen we over het algemeen met kijkoperaties. Bij een ernstige vernauwing is het vaak nodig om uitgebreidere operaties te doen. De behandeling van luchtwegstenoses gebeurt in de kliniek.

Hoe gaan we te werk?

Bij een milde vernauwing zijn de mogelijkheden:

  • Microscopische operatie van het strottenhoofd.
  • Opereren van het strottenhoofd met een laser.
  • Verwijding van een vernauwing. Dat noemen we dilatatie.

Bij een ernstige vernauwing zijn de mogelijkheden:

  • Gebruiken van lichaamseigen kraakbeen dat we in het bovenste gedeelte van de luchtpijp plaatsen. Hierdoor maken we de luchtpijp ruimer.
  • Verwijdering van de bovenste luchtweg. We verwijderen het vernauwde deel van de luchtpijp en de twee overgebleven gezonde delen hechten we weer aan elkaar. Dit noemen we een crico tracheale resectie (CTR).

Wat is het doel?

We willen de luchtweg verruimen zodat uw kind meer lucht heeft en niet meer afhankelijk is van een luchtpijpbuisje (tracheacanule).

Bijwerkingen & complicaties

Tijdens de behandeling

Na een operatie aan de luchtpijp bestaat altijd het gevaar op benauwdheid of longinfecties. Als dit gebeurt, zullen wij dit bestrijden met medicijnen.

Na de behandeling in het ziekenhuis

Na een succesvolle behandeling bestaat er nog altijd een risico op zwelling van het operatiegebied of loslaten van de kraakbeendelen die zijn gebruikt om de luchtpijp ruimer te maken. Dit kan benauwdheid veroorzaken. In sommige gevallen is dan een nieuwe operatie nodig. Direct na de operatie kunnen er slik- en stemproblemen zijn.

Na de behandeling thuis

Ook thuis bestaat nog een risico op benauwdheid en slik- en stemklachten. Als er een siliconen stent gebruikt is, volgt elke drie à vier weken een kijkoperatie om de stent te wisselen.

Na deze behandeling houden wij uw kind in de gaten. Zo roepen wij uw kind en u op voor controle. Deze controle bestaat uit verschillende metingen.

Resultaat

De behandeling is geslaagd als uw kind voldoende lucht krijgt zonder luchtpijpbuisje, zelf kan slikken en een voldoende goede stem heeft.

Wanneer neemt u contact op?

Als uw kind benauwd is of hoorbaar ademhaalt, neemt u contact met ons op.

Komt uw kind binnenkort bij ons voor een onderzoek, behandeling of operatie?

Wat kunt u verwachten? En wat vertelt u uw kind? Alles wat u moet weten in een handig overzicht.
Bereid u voor